Nieuws
Tweede Kamer

Reactie op kamerbrief 'Reclasseren: Grenzen stellen, krachten benutten'

De gestage toename van de vraag naar de inzet van de reclassering is aanleiding voor minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) om voor een steviger rol voor de reclassering te pleiten. Dat schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer over de inzet van de reclassering voor de komende jaren.

De reclassering heeft een unieke positie. Als enige partij in de strafrechtketen is de reclassering betrokken tijdens het hele strafrechtelijke traject: als adviseur vanaf de aanhouding van de verdachte en vervolgens, tot en met het eind van een straf, als toezichthouder of als uitvoerder van de werkstraf. Hierdoor heeft de reclassering bij uitstek goed zicht op zowel risico’s als justitiële interventies die kunnen worden ingezet. De missie van Reclassering Nederland is het voorkomen van strafbaar gedrag. Dat doen we met reclasseringstoezicht, reclasseringsadvies, werkstraffen en gedragstrainingen. Zo dragen we bij aan een veilige en rechtvaardige samenleving.

Beroep doen op reclassering
Algemeen directeur Johan Bac van Reclassering Nederland: “De vraag naar de inzet van de reclassering neemt toe. De minister ziet dat ook, hij waardeert en ondersteunt ons werk. Zaken en cliënten worden complexer en de aard van de criminaliteit veranderd. De hogere vraag komt ook door ontwikkelingen zoals de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (Wet USB), de Wet straffen en beschermen (Wet SenB), de visie op gevangenisstraffen ‘Recht doen, kansen bieden’ en het bestuurlijk akkoord ‘Kansen bieden voor re-integratie’. En ook doordat ketenpartners zoals DJI, politie, OM, rechtspraak maar ook gemeenten en hulpverleners een groter beroep op ons doen. Dat willen we ook, want we willen onze expertise inzetten daar waar nodig, dichtbij de cliënt in buurt en gevangenis”

Kansen
Dat brengt uitdagingen met zich mee, én kansen. Johan Bac: “Zoals ons voorstel om mensen die hun geldboete niet kunnen betalen een werkstraf te laten doen in plaats van kort in de gevangenis te zetten. Of de inzet van vrijwilligers die reclasseringswerkers kunnen ondersteunen bij praktische zaken of kunnen helpen om het sociale isolement van een delinquent te doorbreken. Daarmee worden de condities voor effectief toezicht verbeterd en neemt de kans op recidive af.”

Bajes
De komende jaren zal de reclassering haar samenwerking met DJI in alle 24 gevangenissen verder versterken. Door aanwezig te zijn in de “bajes” wordt de samenwerking tussen DJI, reclassering en gemeenten versterkt en wordt er vanaf de eerste dag in de gevangenis samen gewerkt aan de terugkeer van gedetineerden in de samenleving. Naast gedragsverandering wordt samengewerkt aan grip op schulden, onderdak, werk, zorg en het krijgen van een legitimatiebewijs. Hierdoor kunnen de kansen voor re-integratie eerder en scherper in beeld komen en kan daar gerichter aan worden gewerkt.

Buurt
De reclassering streeft naar gedragsverandering bij de delinquent door ook de problemen achter het strafbare feit aan te pakken. Met interventies die zoveel mogelijk aansluiten op de ex-gedetineerde en zijn omgeving. Daarom werkt de reclassering nauw samen met ketenpartners zoals de politie, (zorg)hulpverleners en de gemeente in de omgeving (of buurt) waar iemand vandaar komt. Hierbij wordt ingezet op het voorkomen van terugval in strafbaar gedrag.

Waarde van reclasseren
Johan Bac: “De toenemende vraag naar de inzet van de reclassering vind ik een positieve ontwikkeling, want hieruit spreekt waardering voor en vertrouwen in het werk van de reclasseringsorganisaties. Het lectoraat ‘waarde van reclasseren’ van hogeschool Saxion onderzoekt momenteel de maatschappelijke waarde van de reclassering. De eerste resultaten bevestigen dat inzet van de reclassering meer opbrengt dan het kost. Bovendien is gebleken dat delinquenten minder vaak opnieuw de fout ingaan na een werkstraf of toezicht. En dat is waarvoor we het doen: voorkomen van strafbaar gedrag en het veiliger maken van de samenleving.

Hieruit spreekt waardering voor en vertrouwen in het werk van de reclasseringsorganisaties
Geplaatst op 5 november 2020