Nostalgie is een gevaarlijk iets. Meestal gaat het om een oprecht verlangen naar een verleden dat nooit echt bestaan heeft. En zegt het daarmee meer iets over hoe we ons nu voelen dan hoe het toen was.
Dat gevoel bekroop me regelmatig in 2023 toen we ons 200-jarig bestaan als reclassering vierden. Oprechte dankbaarheid en diepe trots op onze missie, mensen, expertise en organisatie. In de zes jaar dat ik hier werk als algemeen directeur neemt die trots alleen maar toe, al is er genoeg te verbeteren. Ik noem bijvoorbeeld hoe we ons verhouden tot de alomtegenwoordige digitale wereld, waarbij de gemiddelde Nederlander meer dan 5 uur per dag op internet zit. Wat doet dat met onszelf, ons werk, onze reclassenten? Vragen waar we ons nu intensief in verdiepen en die van grote invloed kunnen zijn op de toekomst van de reclassering.
Maar er was ook nostalgie. Wat was ons werk vroeger bevlogen, eenvoudig, overzichtelijk en mooi, hoor ik regelmatig van collega’s die al 30, 40 jaar bij ons werken. En terwijl de samenleving nu vaak zo kil, complex, chaotisch en lelijk is. En hoe onze organisatie (en de wereld om ons heen) steeds zakelijker lijkt te worden met kostprijzen, productie(druk), en prestatie-indicatoren. Hoe onze reclassenten tegen elke stroom op moeten roeien om aan een huis, baan of de juiste zorg te komen, en dat onze werkers daar zich dagelijks voor inspannen. Er soms wakker van liggen omdat dat niet lukt en de risico’s op recidive toenemen of het daadwerkelijk uit de hand loopt en nieuwe slachtoffers vallen. Hoe onze collega’s aan de balie, de telefoon, op een werkstraflocatie of spreekkamer worden uitgescholden of bedreigd. Ja, dan bekruipt me soms een gevoel van nostalgie naar die goede ouwe tijd van toen.
Maar met nostalgie komen we er niet, ook niet als je zo oud bent als Reclassering Nederland. 2023 was namelijk een bijzonder jaar. In 2023 werkten we zoals altijd hard om adviesrapporten te schrijven, werkstraffen, toezichten en gedragsinterventies tenuitvoer te leggen. Vierden we feest met alle collega’s regionaal en landelijk vanwege onze bijzondere verjaardag. Hadden we als klap op de vuurpijl een prachtig wereldcongres waar 500 collega’s uit 60 landen aanwezig waren en de wereldwijde reclasseringsgemeenschap aanwezig was, in een mooie mix van werkers, beleidsmakers, leidinggevenden, wetenschappers en (oud)reclassenten. Sloten we een mooie en terechte cao af. Hebben we meer aandacht besteed aan vitaliteit omdat ons werk veel van ons vergt. Kregen we opnieuw extra geld om het werken met hoog-veiligheidsrisico-reclassenten vorm te geven, maar ook voor het reclasseren in de penitentiaire inrichtingen, preventie met gezag, en andere vernieuwingen. Konden we – anders dan veel andere werkgevers – gelukkig meer nieuwe mensen binnenhalen dan dat er vertrokken en dat zegt ook iets over de aantrekkelijkheid van ons werk en onze organisatie.
Dat vasthouden is de uitdaging. Want die gevoelens van nostalgie vertellen ons ook dat er veel verandert en wij dat niet eenvoudig vinden. Dan is de kunst om niet weg te vluchten in nostalgische gevoelens maar vastberaden de koers te herijken en opnieuw op pad te gaan. Om ook in 2024 en verder te werken met en naast verdachten en veroordeelden om nieuwe slachtoffers te voorkomen. Want dat is en blijft onze missie. Of zoals een bevlogen Afrikaanse collega het noemde op het wereldcongres: ‘we are the human face of criminal justice.’ Dat is een hoge lat en die halen we lang niet altijd. Maar dat is wel wat ons drijft, elke dag opnieuw.
Johan Bac, algemeen directeur